
J’ aime la vie. J’ aime ce qui bouge. Pourtant je ne cherche pas à reproduire un mouvement. Je cherche plutôt à y faire penser. Mes statues doivent donner à la fois l’ impression qu’ elles sont immobiles et qu’ elles vont remuer.”

Een sprinkhaan met borsten, een vrouwelijke mier, een deels beschilderd koppel, een robuuste naakte vrouw in brons met de titel L’Ouragane oftewel ‘de orkaanvrouw’, en dat werd de roepnaam van Germaine Richier. Tijdens haar leven was de Franse beeldhouwster een van de weinige vrouwelijke kunstenaars die internationaal doorbraken. Na haar dood werd ze lange tijd compleet vergeten. Het laatste decennium komt de aandacht voor haar werk in een stroomversnelling. (HART Alles over kunst Christine Vuegen)

Germaine Richier werkt aan haar beelden zonder voorbereidende schets. Daarbij maakt ze gebruik van de methode van triangulatie, waarbij de vorm wordt opgedeeld in driehoeken. Werkend op levend model brengt ze oriëntatiepunten aan op de huid die de structuur van het skelet weergeven. Dit netwerk wordt dan overgezet op klei alvorens te boetseren. Vanaf deze oriëntatiepunten lopen de lijnen door het lichaam. Le Pentacle (Het Pentagram) vertoont de meeste lijnen. Het is een methode die ze schatplichtig is aan Bourdelle, die het op zijn beurt van Auguste Rodin heeft overgenomen. De draden van Le Diabolo (De Diabolo), werk uit 1950, verwijzen naar die op het model en tekeningen aangebrachte snaren. (Chris Rachel Spatz in Histpriek 2 juli 2020)

In haar werk komt het gevoel van die tijd op indringende wijze tot uiting. Het ruwe, bekraste, aangevreten en bloedende oppervlak van haar sculpturen, half mens en half dier, getuigt van de existentiële angst en dilemma’s als gevolg van de oorlog. Van even grote invloed op de kunst van Richier waren haar jeugd in de natuur van de Provence, de ideeën van surrealisten en existentialisten in haar directe omgeving, alsook de weerstand die zij als vrouwelijke beeldhouwer ondervond en haar keuze voor het artistiek experiment, met een hang naar het fantastische.
Vanwege de haast gewelddadige manier waarop zij met haar materialen omging, werd Richier in 1953 door de surrealistische schrijver André Pieyre de Mandiargues een ‘natuurkracht’ genoemd. Hij benadrukte echter dat zij haar energie aanwendde om er iets positiefs mee te doen, zoals blijkt uit een werk als De storm (L’Orage, 1947). Hoewel de figuur verweerd en gehavend is, lijkt hij toch een stap naar voren te zetten. De vernietiging is evident, maar er is tegelijkertijd ook hoop op overleving en wederopstanding. Die dualiteit is een van de kenmerken van Richiers kunst. (Museum Beelden aan Zee)

« Le but de la sculpture, c’est d’abord la joie de celui qui la fait. »

Meer dan allerlei verklaringen kan soms muziek een oplossing bieden. Operazangeres Francis van Broekhuizen zingt hier Puccini’s ‘Vissi d’ Arte’, akte 2 uit de opera Tosca nog voor iemand de tentoonstelling ‘Mensbeeld-Mensbeest had bezocht. Het wordt een boeiende confrontatie tussen beelden en muziek, tussen inhoud en vorm. Vier minuten intens genieten.

De titel ‘Mensbeeld-Mensbeest’ zou je vriendelijker kunnen maken met ‘Mensbeeld-Mensdier’ omdat het dierlijke eerder het instinctieve dan het kwalijke van ‘het mensbeest’ zou kunnen interpreteren. Je benadrukt dan de beweging, de vitaliteit, of het ongeordende terwijl je met ‘het beest’ ook een onderliggende bedoelde agressiviteit zichtbaar kunt maken. Je zou de uitgebeelde krachten als totems, als visuele maskers van oerkrachten benaderen, een bijna Afrikaanse eigenschap die in Europese culturen zelden verbeeld wordt. Maar als je de tijd van de tweede wereldoorlog (waarvoor ze naar Zwitserland is uitgeweken) beschouwt dan is het ‘kwaadaardige’ inderdaad een duidelijke aanwezigheid. Natuurkrachten zoals L’Ouragene et L’ Orage hebben een open interpretatie. Bezoekers laten hun mening horen. Kijk en luister maar:

Een fraaie documentaire van twintig minuten ter gelegenheid van de tentoonstelling ‘Germaine Richier Mensbeeld-Mensbeest vertelt beter dan woorden de uitstraling van haar werk. (Museum Beelden aan Zee).
Nu loopt er nog tot 16 juni een tentoonstelling in het centre Pompidou, Paris. Voor wie toch ook nog even naar Parijs wil maar een te drukke agenda heeft kan dit wonderlijke medium je ook nog een rondleiding geven in het centre Pompidou. Gebruik voor de documentaires groot beeld en geniet. Er zijn geen excuses meer om onwetend te blijven. Een privé-rondleiding!
Het gaat duidelijk niet alleen om te bewegen aan het oppervlak van het bestaan. De beweging van de geest heeft zelfs het materiaal aangetast. Of met de woorden van radio France:
“Dire l’humain, en dire tout, non seulement les inquiétudes, les souffrances, le martyr parfois, mais aussi ses pulsions son animalité et le faire avec la matière du monde, sculpter les corps en incorporant dans les chairs, les accidents, les pierres, les débris de la nature. Montrer dans la géométrie constructive de ses figures la nervosité inquiète de l’esprit. Trouver dans les insectes laborieux ou impitoyables comme dans les nuages menaçants de l’orage une fraternité avec ce que nous sommes, c’est cela l’extraordinaire effort que réalisa Germaine Richier dans sa courte mais remarquable carrière entre 1933 et 1957.”

Over ‘het kruis’ dat deze bijlage opent:
Il s’agit du Christ en croix qu’elle a conçu pour le chœur de l’église du plateau d’Assy, en Haute-Savoie, inaugurée au début des années 1950. Une œuvre magnifique, très dépouillée, où le corps du Christ fusionne en quelque sorte avec le bois de la croix. Mais, un an plus tard des catholiques traditionalistes partirent en croisade contre cette œuvre dénoncée comme “un scandale pour la piété chrétienne”. Le Vatican viendra appuyer cette campagne, un cardinal, Celso Costantini, utilisant le qualificatif de “blasphème visuel”. Sur décision de l’évêque d’Annecy, la statue fut reléguée dans une chapelle latérale. Elle ne reviendra dans le chœur qu’en 1969.
