“Poem”
Day and night come
hand in hand like a boy and a girl
pausing only to eat wild berries out of a dish
painted with pictures of birds.
They climb the high ice-covered mountain,
then they fly away. But you and I
don’t do such things—
We climb the same mountain;
I say a prayer for the wind to lift us
but it does no good;
you hide your head so as not
to see the end—
Downward and downward and downward and downward
is where the wind is taking us;
I try to comfort you
but words are not the answer;
I sing to you as mother sang to me—
Your eyes are closed. We pass
the boy and girl we saw at the beginning;
now they are standing on a wooden bridge;
I can see their house behind them;
How fast you go they call to us,
but no, the wind is in our ears,
that is what we hear—
And then we are simply falling—
And the world goes by,
all the worlds, each more beautiful than the last;
I touch your cheek to protect you—
“GEDICHT”
Dag en nacht gaan
hand in hand als een jongen en een meisje
alleen pauzerend om wilde bessen te eten uit een schaal
beschilderd met prenten van vogels.
Ze beklimmen de hoge, ijs-bedekte berg,
dan vliegen ze weg. Maar jij en ik
doen zulke dingen niet—
Wij beklimmen dezelfde berg;
Ik zeg een gebed voor de wind om ons op te tillen
maar het heeft geen zin;
jij verbergt je hoofd om niet
het einde te zien—
Neerwaarts en neerwaarts en neerwaarts en neerwaarts
is waar de wind ons brengt;
Ik probeer je te troosten
maar woorden zijn het antwoord niet;
Ik zing voor jou zoals moeder voor mij zong—
Je ogen zijn gesloten. We passeren
de jongen en het meisje die we in het begin zagen;
nu staan ze op een houten brug;
Ik kan hun huis zien achter hen;
Hoe snel je gaat roepen ze naar ons,
maar nee, de wind zit in onze oren,
dat is wat we horen—
En dan vallen we gewoon—
En de wereld gaat voorbij,
alle werelden, de een mooier dan de ander;
Ik raak je wang aan om je te beschermen—
Uit Louise Glück's nieuwe collectie, 'Winter Recepten van het Collectief'
Louise Glück is the author of two collections of essays and more than a dozen books of poems. Her many awards include the 2020 Nobel Prize in Literature, the 2015 National Humanities Medal, the 1993 Pulitzer Prize for The Wild Iris, the 2014 National Book Award for Faithful and Virtuous Night, the 1985 National Book Critics Circle Award for The Triumph of Achilles, the 2001 Bollingen Prize, the 2012 Los Angeles Times Book Prize for Poems 1962–2012, and the 2008 Wallace Stevens Award from the Academy of American Poets. She teaches at Yale University and Stanford University and lives in Cambridge, Massachusetts.
Winterrecepten uit het collectief is kamermuziek, een uitnodiging in dat bevoorrechte rijk dat klein genoeg is voor het individuele instrument om zich te laten horen, dolente, zijn lijn volgehouden, gedragen, en dan overgenomen door het volgende instrument, bezield, animoso, terwijl het tegelijkertijd groot genoeg is om een heel leven te bevatten, de onvoorstelbare giften en verliezen van de ouderdom, de kleine prinsesjes die achterin een auto rommelen, een achtergelaten paspoort, de ingrediënten van een verkwikkend winters broodje, de dood van een zus, de vreugdevolle aanwezigheid van de zon, haar helderheid afgemeten aan de duisternis die zij afwerpt.(Carcanet))
Illustration from William Blake’s Songs of Innocence and of Experience, circa 1825