
Kijkt hier naar Faustina
is zo ver van haar
maar draagt vrijwel ongeweten
nog haar harteklop,
haar roep of hij wel weet:
een jonge keizerszoon
laat geen kikkers los
eens gasten aan de tafels liggen.
wordt nu door zijn moeder
alleen met oudejaar nog een prins genoemd,
hij, die in de herinnering van zijn kinderen
een thuisloze vader zal zijn, altijd
op weg om het morgen beter te hebben.
ook jij wordt van steen, schijnt zij te zeggen,
of zou hij haar even van vlees en bloed willen zien?
zij samen, hollend achter de kikkers aan
terwijl de gasten applaudisseren-
of hoe een grap ook politiek kon zijn.

Is hier nog in gedachten.
Hij, die lichtgewicht
en zwaarmoedigheid zal verenigen
wie had dat nu gedacht
dat uitgerekend hij
de derde wereldoorlog zou beginnen?
hij die zich bij nacht
in moeders kleren hulde
en die zo lang haar rokken
als zijn hut gebruikte
dat hij zich lam schrok
toen hij zag dat
ook de jongens
wel eens als meisjes
kunnen glimlachen,
en ze uit wraak in krijgers transformeerde.
(schilderij van Ken Currie)

Zegt zij:
Ik ben het leven
ik zal de vrouw zijn
die in het blauw
van jullie ogen
schemert,
ook lang nadat de zee
kuis haar wimpers
op haar zandige wangen rusten liet.
ik heb alle tijd, zegt zij
want ik ben vrouw
tot in de wortels
van wat zal zijn en is geweest.
nu is er nog plaats,
maar eens zal jij
de andere zetel vullen
een jongen van het water
een aangespoelde drenkeling,
dit mannen-lot.
schilderij is van Mary Cassat