Vingerafdrukken van de lindenbloesems
in de late lucht .
De kermis vertrekt.
Het dansorgel
opent de droeve stoet.
Jandoedel met zijn zus en hond
poedersuiker tussen de vingers nog
achter het stalletje in pierrot verkleed
worden wees.
Het alfabet van lange zomerdagen
stamelt zijn eerste letter
waarin het woord afscheid wakker wordt.
Magda op de pony
‘adieu paniers, vendanges sont faites’
Magda in satijn, hemelbruidje van het circus.
Meisjessmaak, het pepermuntje
en een sinaasappel, de hopeloze gooi
om een valkuil van woorden te dempen.
Op de caroussel bereik je elkander nooit.
Eens de stoet de hoek om is
vervallen wij weer tot dwergvolk.
Druppels soldeersel verankeren
de kermistijd
in het moederbord van mijn geheugen.
Ouder dan zeven is zij nooit geworden,
en ik bleef negen
tot zij ooit wederkomt,
na de trompetstoot van de laatste dag.
de foto’s van gisteren en vandaag zijn persoonlijke eigendom