Een doorgang is het mooist
als iedereen gepasseerd is
er kwamen betere tijden
een sociale woning
in de doorzonstraat
nu wacht het kloppend hart
op de sloopslinger
die bij de eerste tik
elke beschutting
naar eens en voor altijd
zal beuken
hoor de de xylofoon
van bakstenen brokken
maal mijn hart tot gruis
zingt de kamer
maal mijn aderen
en mijn ogen
tot heel fijn gruis
op je tuinpad
kun je mij terugvinden
ik ben magertjes genoeg
om het gras
boven mijn hoofd te laten groeien
ik luister graag naar je voeten
als je huppelend voorbijkomt