AMI GRAND CRU

In zijn Grand Cru Classé
gloeit as van druiventwijgen.
Fonk’lend gepaard daarmee,
op dronk zijnde, hem eigen.

Wanneer door zelfinkeer
hij door zijn kurk gaat bloeden,
zal zijn Legioen van Eer
en flesrust hem behoeden.

Wat in zijn ziel bezinkt
wordt vloeibaar, laat ons hopen.
Hoe meer je daar van drinkt,
hoe rechter je zal lopen.

M.M

DE GELUKKIGSTE ILLUSIES (2)

1943001590

Verschrikking en opgetogenheid, twee elementen die elkaar blijkbaar nodig hebben en bij het kunstwerk van Harvey beiden de kop opstaken, zoals Ger Groot het uitdrukt.  

Een belangrijk deel van de moderne kunst  is de verwevenheid van verschrikking en aantrekkingskracht uitdrukkelijk  gaan thematiseren. Tel daarbij dat de ‘voortgang’ van de kunst  zich is gaan afmeten aan haar vernietigend vermogen, of men dat nu zoekt in het doorbreken van taboes, het overschrijden van grenzen, het opheffen van de geschiedenis of het schokken van de geest of de zintuigen.

Er is natuurlijk niets tegen het tonen van de achterkant van elke werkelijkheid:  achter de harmonie vind je de disharmonie, achter de maat het mateloze, achter elke vrede oorlog, enz.   De boodschap trouwens van de ongeneselijke gespletenheid van de romantiek die de grote natuurkrachten als laatste werkelijkheid voorstelde zoals de godsdienst deze krachten al eerder had gethematiseerd maar het numineuze op de achtergrond had geruild voor de werkelijkheid van de liefde, de praktische burgerlijke zaken van alledag. De godsdienst als wegcode.

caspardavidfriedrich_driftingclouds

Ger Groot verwijst naar Kierkegaard die klaagt over het op maat gesneden zijn van de Deense Kerk, waarin het hemelse een afspiegeling leek van de aardse maat zoals orde en fatsoenlijkheid terwijl religie deze menselijke maat had moeten verbrijzelen, het ‘gans andere’ (Karel Barth) had moeten uitdragen, een werkelijkheid die overdonderend schrikwekkend en tegelijkertijd fascinerend was, een combinatie die we in dit blog al vaak hebben aangehaald. (tremendum et faciosum)  Een citaat trouwens uit ‘Das Heilige’ van Rudolf Otto (1917)

Nietsche beschreef duidelijk dat in het christendom het goddelijke een pendant van de menselijke zwakte en een instrument van behoud en orde was, niet van disruptie (het uit elkaar trekken, ontwrichten)
‘Het voltrok een revolutie doordat het een sluier trok voor de waarheid die het sacrale tot op dat moment juist had onthuld:  dat de orde niet is wat ze lijkt, dat chaos en geweld de eerste waarheid van deze wereld vormen en dat onze greep op het bestaan maar zwak en uiteindelijk illusoir is.’ (99)

1152444667

De discrepantie tussen ‘vooruitgang’ en ‘innerlijkheid’ of religie staat erg mooi beschreven in het standaardwerk van Walter E. Houghton, ‘The Victorian frame of mind, 1830-1870’ in 1985 heruitgegeven (de oorspronkelijke editie komt uit 1957!) bij Yale University Press, New Haven en London.
Het was immers niet alleen Nietsche die met zijn ‘god is dood’ de grote shock teweeg bracht, maar Darwins publicaties waren midden die 19de eeuw al net zo shockerend en tasten langs wetenschappelijke weg het centrale beeld van de universele scheppende god aan.

We are living in an age of transition’ dat was de veel gehoorde bevinding die Houghton optekende uit de mond van prins Albert, Mathew Arnold, Baldwin Brown, Carlyle, Disraeli, Frederic Harrison, Bulwer Lytton, W.H. Mallock, Harriet Martineau, John Mill, John Morley, William Morris, Herbert Spencer, Hugh Stowell, J.A. Symonds, Tennyson, en vele anderen om ons nog maar te beperken tot de kruim van Angelsaksische kunstenaars, denkers en politici.

1230952317

Ger Groot laat die tegenstelling te veel uit de lucht vallen terwijl ze diep verweven was in het dagelijkse leven van de meeste toen acterende mensen die mee het beleid en de samenleving bepaalden.  Angst en optimisme gingen hand in hand, wetenschap naast het magische, religie en de griezelverhalen van Poe met als mooiste voorbeeld de beklemmende novelle ‘The turn of the screw’ van Henri James die met broer William zowel de literatuur als de nieuwe wetenschap van de ervaring vertegenwoorigden.  

Laten we maar even naar Tennyson luisteren in ‘In memoriam’

Are God and Nature then at strife,
That Nature lends such evil dreams?
So careful of the single life,

Dat daarna de eerste wereldoorlog en zijn gevolgen het kwade een gezicht gaf en de materiële dominantie van de wereld en een rationeel internationalisme (de morele dominantie) voor goed bij de utopieën klasseerde maakte de dood van god alleen nog vanzelfsprekender.

Probeerde de Victoriaanse cultuur de schijn hoog te houden, was de Russische revolutie een poging om het bezit te herverdelen, achter beide maskers ging dezelfde wreedheid schuil die de staalfabrikanten achter Hitler een aardige cent beloofden en kwam tenslotte de Vietnam-oorlog tot in de huiskamers bewijzen dat goeden en slechten onmiddellijk van naam konden verwisselen.
Het was inderdaad de kunst die al vroeg de schijnmuren liet instorten en lang voor de bewindhebbers en bankiers het onvermogen duidelijk maakte.
Haar positie echter zou echter snel veranderen.

6a00d83451bb2469e201156f47c750970b

‘Maar met en na de achttiende eeuw lijkt het bewustzijn van de Europese cultuur in alle opzichten radicaler te worden.  Terwijl de godsdienst zich, met zijn vertrouwen door een goede God beloofde evenwicht, veeleer aan de kant van het burgerlijk optimisme schaarde, articuleerde de romantische kunst de onbehaaglijke diepte van het dreigende sacrale, waarvoor de achttiende eeuw het begrip ‘het sublieme’ had geijkt.  Beide inzichten hadden zich van elkaar losgemaakt (dat gaf de negentiende-eeuwse cultuur haar ontegenzeggelijke schizofrenie), maar ze ontmoeten elkaar nog altijd als dragers van deze cultuur.  De burgers ervoeren de beide tendensen van dit tijdsgewricht, die zij steeds minder met elkaar wisten te verzoenen.  Luciditeit en bezetenheid, nuchterheid en vervoering, het visionaire en het obscurantistische, nuchterheid en drift lieten zich niet meer tot één besef integreren.’ (101)

(vervolgt)

GLAASJE?

Sombere tijden, zwarte dagen, een glimp van licht, zo nu & dan.’ Zo’n onpeilbare zin doet je toch meteen denken aan een glas rode wijn? Dankuwel, Remco Campert, wij drinken alvast op uw gezondheid, proost. Uw donkerwoudige woorden zullen ons geen kwaaie dronk bezorgen, wel integendeel. Daar krijgen wij een kurken ziel van, daar blijven wij van bovendrijven, de Moerassen van de Droefheid zullen ons niet verzwelgen, hoe zuigend ook hun kracht.

Dus waar is de kurkentrekker, en welke fles zullen we kraken? De ene is lief, sensueel, charmant & erotisch, maar ook koppig, karaktervol & boordevol temperament. En de andere gedraagt zich van zwoel over sappig & romig, tot nors over boers & hard. Jammy, jammy, wat een kruidig koppel: Syrah & Shyraz!
Zwarte peper, menthol, kaneel, anijs, frambozen, zwarte kersen & dito bessen, pure chocolade, koffie, rozijnen en vanilletonen, ze hebben het allemaal in huis.

De uit het Rhône-gebied afkomstige Syrah heeft voor haar kersenrode geboorte gelagerd gelegen op Franse eik & wordt geprezen om haar natuurlijke druivenschil-tannines. De krachtige Australische Shiraz heeft het sap van overrijpe ontsteelde druiven in zijn pittig gekruid bloed,waardoor zijn  alcoholgehalte  kan oplopen tot wel 16%.  Eender welke fles, dat wordt in beide gevallen een glas donkerrode zonnegloed met purperen schitteringen,  een rokerig wijntje van ‘s werelds meest sexy druiven, met in de neus aroma’s van bloemen, fruit & een lichte tint van hout… Vinum bonum est!

En ziehier ook nog wat knapperige borrelnootjes van het merk ‘De Schoolmeester’: De moegewaakte nacht verliest zijn nevelwagen ° Val aan dit kloppend hart & voel of ik u min ° Zo brengt de zomerdag genietingen aan, waardoor het menselijk hart op ’t zoetst wordt aangedaan ° Wie ’s morgens bij dit alles ongeroerd kan blijven, moet onder zijn hart maar liever ‘straatsteen’ schrijven °

Zie je wel, daar zijn ze al: Remco’s glimpen van licht, in die heerlijke momenten van ‘zo nu en dan’. Ik voel m’n gemoed vloeibaar worden & ontvankelijk. Mijn kompas is van de pen? Zo dronken als Jorden die in ’t varkenshok keek of zijn familie al sliep? Nee hoor, verre van. I just hope that the wind doesn’t blow you away…