817px-Jan_Gossaert_001

Je kunt het beschrijven, samenvatten of erover vertellen, maar wil je het ‘zien’ in zijn oorspronkelijke toestand moet je naar de ‘The National Gallery’ in Londen. De aanbidding van de drie koningen.
Nochthans is het rond 1510 gemaakt ‘hier te lande’ als altaarstuk voor de Onze-Lieve -Vrouw-kapel van de toenmalige Benedictijnerabdij van Geraardsbergen (Grammont), een bekend internationaal bedevaartsoord.
Ca 180 cm x 163 cm, op (6) eiken panelen geschilderd door ‘Jan (Jean) Gossaert’ die zich in 1503 als onafhankelijk schilder onder de naam ‘Jennyn van Hennegouwe’ in het gildenregister van Antwerpen had laten inschrijven en voor zichzelf liefst de voornaam ‘Jennin’ hanteerde. Geboren waarschijnlijk in 1478 in Maubeuge, toen nog een stad in Henegouwen, deel van de Bourgondische Nederlanden. Vandaar ook dat hij wel eens als Jan van Mabuse wordt aangeduid.

page_abtenhuis_historiek_1920x850

Het werd besteld door een lokale edelman, Daniël van Boechout, heer van Boerlare die in de kapel zou begraven worden.

Daniel van Boechout was a very well-connected nobleman. His mother, Johanna van Vianen, and his father’s brother, Daniel van Boechout, Viscount and castellan of Brussels, were the leading members of a noble company that went in 1440–1 to the Town Hall of Brussels to inspect ‘the town’s painting’, evidently one or more of the ‘Scenes of Justice’ painted by Rogier van der Weyden for the ‘Golden Chamber’ there. The van Boechouts were closely related to many of the great families of Brabant and Liège; and the van Vianens to the van Borselens and many of the other great families of the northern provinces.

Perhaps born in about 1455, Daniel was probably brought up on his mother’s estates near Utrecht. He may have been the ‘Daniel de Bouchoute of the diocese of Utrecht’ who matriculated in 1476 at the University of Leuven. Only in about 1480 did the van Boechout family come into their Flemish inheritance.When Daniel’s elder brother Jan decided to enter the Church, Daniel became his parents’s heir and seems to have divided his time between his estates in the northern provinces and his lands in Flanders.
(Lorne Campbell, catalogus van The National Gallery, 2011)

page_3

In augustus 1600 komen Albrecht en Isabella, aartsherogen van de Spaanse Nederlanden terug van Oudenaarde en bezoeken de abdij in Geraardsbergen, zien het schilderij en willen het kopen. Op 5 april tekent Albrecht een autorisatie van £ 2100 voor de abt als betaling voor het schilderij.
Het wordt dan in de kapel van hun Brussels paleis geplaatst. (op de Coudenberg)
In het ‘Schilder-Boeck’ van Mander (een plaatselijke Vasari!) lezen we rond 1625:
‘Ditto Mabuse heeft oock gemaeckt een schoon stuck dat staet tot Brussel inde Capelle oft Hoff. Het subiect is van de drij Coninghen. Heeft synen naem daer in gestelt, staet alsoo omden hals van een figuer geschreven: Jannyn Goussaert de Mabuse
En van ene H. Van Ryn: 1722, part I, p. 81: ‘De gemelde “Jan van Maubeuge” mengde zijne kleuren met water/ zoo als zijne andere schilderyen uytwijzen: te weeten die deftige kruyshechting in de kerck van Tongerlo; en de aanbidding der drie koninkgen/ dwelke op ’t outaer der Hof-kapelle te Brussel staat.’
Als in 1731 een brand het paleis in as legt maar de kapel spaarde blijft het schilderij nog een tijdje in Brussel en begint van daaruit een lange reis en belandt in Groot Brittannië tot het via kunsthandelaars en veilinghuizen eigendom wordt van een nobele familie en in 1911 dank zij bijdragen van ‘milde’ schenkers in ‘The National Gallery’ komt. (voor de som van £40.000, ver onder de marktwaarde, als erfenisregeling)

Een mooie bijdrage van Jan Coppens is te lezen:
https://www.gerardimontium.be/wp-content/uploads/tijdschrift/1392.pdf

Vanuit de geschiedenis naar het bekijken.
Technisch en historisch verwijzen we hieronder naar uitstekende artikelen daaromtrent; mijn be-kijken wil gewoon een weergave zijn van mijn verwondering, het kijk-plezier.

817px-Jan_Gossaert_001

Door zijn rechthoekige vorm (het wil daardoor eerder een dieptezicht van het gebeuren brengen) is het bezoek versmald tot de actoren, de aanwezigen, zowel op de grond als in de lucht.
Op de voorgrond de twee honden (de rechtse komt uit Dürer’s gravure ‘Sint Eustachius’ en de andere in reverse uit Schöngauers ‘Aanbidding van de koningen’.) Dit uitlenen van figuratie was zowel in de beeldende als in muziek- en literaire kunsten niet zo vreemd. Het was immers meer het gebruik, de combinatie in een nieuwe compositie die ertoe deed.

ishot-5
Bovenaan het goddelijke licht, met duidelijk verwijzend de duif daaronder.(was dit de ster die de wijzen als wegwijzer diende?)
Het armoedige van de omgeving, de ruïne-sfeer blijft het aristocratische van vergane glorie behouden met eerder nadruk op glorie dan op het vergaan. Ook zo de rijkdom aan kleuren van de kledij. Mensen en engelen dragen kostbare stoffen. De ‘gewone’ mensen in de aanwezigheid van enkele herders zijn netjes achter een muur weggedrukt zodat je alleen hun gezichten te zien krijgt.

ishot-1-2
Ook de ezel zie je alleen in de diepte terwijl de os even zijn hoofd buitensteekt. (met daarbij een verborgen tiende engel, of is het ook een herder?) Dit is de chiqué van de 16de eeuw, met personeel.

ishot-13

De oudste koning, Caspar met groengrijze ogen en een pukkel op zijn wang (was het een verwijzing naar de abt van de abdij?) offert gouden munten in een net zo gouden kom. Op de rand van het deksel van dit ciborie-achtig vat (op de grond) lees je zijn naam (L)E ROII IASPAR, een vat versierd met rondellen van mensenhoofden. Het kind neemt een van de munten in zijn linkerhandje.

ishot-16
Bij dat kostbare vat ligt de hoed van de koning (de fleurs-de-lis rond de kroon lijken zwart maar zijn in feite azuriet )

ishot-15

Ook zijn scepter ligt daar, met afbeeldingen van twee naakte baby’s en de figuur van Mozes met de tafelen van de tien geboden.

ishot-6BB

ishot-4
De tweede koning, Melchior, met bruine ogen, staat achter Caspar, draagt een doublet (jas) met groene patronen op zilver op een kledingstuk met gouden patronen op azuriet en met hermelijn bont afgeboord. Hij draagt zijn wierookhouder in een met goud uitgewerkt vat, gedecoreerd met figuren van de profeten. Achter hem vier begeleiders waar van de tweede een zwaard draagt en de uiterst rechtse sandalen in Romeinse stijl.

ishot-10
De derde koning, Balthasar zien we links. Zijn uitgewerkt hoofddeksel waarin een kroon verwerkt is waar bovenaan zijn naam BALTAZAR geschreven staat met daaronder, op zijn hoofd, de handtekening van de schilder. Hij draagt een geplooide mantel met gevlekt lynx bont. Zijn lederen schoenen zijn zo dun dat je zijn tenen en teennagels kunt zien.

ishot-11

Rond zijn nek draagt hij een stola met franjes en met daarop de eerste woorden geborduurd van het ‘Salve regina misericordiae’, een gebed tot de heilige Maagd.

ishot-6-2

Zijn geschenk van mirre zit in een uitgewerkt gouden vat , aan de top versierd met de figuren van drie naakte baby’s. Achter hem, drie begeiders. De meest dichtbije in sjieke stof gekleed heeft blijkbaar rode puistjes op zijn kin, de tweede donkerhuidig draagt een zilveren kraag waarop de naam van de schilder is aangebracht.

ishot-12

Boven zijn er negen engelen te vinden (de negen engelenkoren?) gekleed in uithangende stoffen. Eentje draagt een banderol met ‘gloria in excelsis deo’. De kleuren van hun kledij vind je terug bij Melchior en zijn gevolg.

ishot-7-2
Centraal de maagd Maria in blauwe mantel over blauwe jurk met als enig wezen zonder kleertjes het kind (het woord is vlees geworden!) Jozef, in rode mantel, staat letterlijk en figuurlijk op de achtergrond. Hij kijkt zorgelijk.
Tussen de opgebroken stenen bloeien klimplanten, distels en witte dove netel.

ishot-1

ishot-7BB

Het is een feest van rijkdom, kleur en details.
Het kindje vindt het allemaal goed, weet niet wat er gaande is.
De kijker, de monniken en de de kerkgangers hebben al de tijd voor zich om beetje bij beetje een stille aanwezige te worden op dit prachtige doek.

ishot-8

Het wondere dat dit hulpeloze kind de aanwezigheid van een ‘van-het-kwade-verlossende’ god verbeeldt die de liefdevollen een eeuwigheid paradijs voorstelt, zal in menig kort leven een troost zijn geweest.
Jan-Jennin Gossaert is niet ouder dan 54-58 jaar geworden.
Maar levend en wel in prachtig nagelaten werk.

Ook te raadplegen:

https://www.nationalgallery.org.uk/paintings/research/jan-gossaert-the-adoration-of-the-kings-introduction

Collage_FotorSTOFFEN