always open

Always open.
En is dat nu een mooi beeld om de liberale democratische marktsamenleving te karakteriseren.

Ik richt me met Boomkens naar de Groningse geschiedenisfilosoof Frank Ankersmit.
Hij stelt de vreemde paradox voor:

Deze liberale samenleving is gebaseerd op vrije circulatie van mensen en goederen (het begrip: vrijheid!), maar het is diezelfde samenleving die elk alternatief dat in die vrijheid tot ontwikkeling komt bij voortduring de pas afsnijdt of de nek omdraait.

En hij verwijst naar de Franse politieke filosoof De Tocqueville, die in zijn De la democratie en Amérique uit 1839 stelt dat dat de liberale democratie het eigenaardige vermogen heeft om alternatieven voor zichzelf de verstikkingsdood te laten sterven.

‘Met de komst van de liberale democratie zou de geschiedenis volgens hem het karakter krijgen van de variatie, het ene burgermanifest varieert op het andere om dichter bij huis te blijven.

En we verwijzen met zijn allen naar Antonio Gramsci die in zijn Prison Notebooks op het vermogen van de burgerlijke cultuur wijst om zich steeds weer aan te passen aan de politieke, culturele en sociale krachten die haar van diverse kanten bedreigen.

dyn001_original_480_471_jpeg_20344_5c547f626581b01b80effb3ee4f4d227

‘De vrije ondernemers’ zoals ze zich in de loop van de geschiedenis zijn gaan noemen hebben een verregaand adaptievermogen, door Marcuse als Repressieve tolerantie benoemd.

Er is dus een methode om het verzet medeplichtig te maken aan de status quo, waardoor geleidelijk de oorspronkelijke motivatie wordt weg genomen.

En met Boomkens vragen we ons af of die variaties op het thema meer kunnen zijn dan louter herhalingen.
Is aan de droom van ‘een verandering’ met de globalisatie een einde gekomen?
Boomkens spreekt van een nieuwe politieke en culturele uitdaging: de uitdaging na te denken over de mogelijkheid van transformaties van de liberale marktsamenleving zonder dat aan die samenleving een radicaal (revolutionair) einde wordt gemaakt.

‘Dat klinkt als een paradoxale opgave, maar als we ons niet simpelweg wensen neer te leggen bij de mondiale dominantie van het huidige liberalisme, dan zullen we die paradox moeten zien te ontrafelen.
En er lijken me wel degelijk nog genoeg redenen te zijn om ons aan die taak te zetten.’

De opvoeding tot kreatief mens is dus zeer belangrijk.
Met het be-omroepen (ik gebruik een thema uit Boomkens boek) alleen gaan we blijkbaar geen goede kant op, of hebben we de taak van die gewone woorden die we dagelijks gebruiken te zeer als lege hulzen achter ons gelaten?

Aandacht voor wat we nu het banale noemen, de toegang tot menselijke taal mag best via cliché’ s verlopen, het is een gebied waar de filosofie zich nog weinig of niet mee heeft bezig gehouden.

Het leven van alledag.
De dingen die er toe doen.
En die zijn in handbereik, al denken we ze in de wolken van de toekomst te moeten zoeken.