Meisje op de brug.
Vleugels in voorraad?
Zo zijn meisjes:
sneller dan geluid
zijn ze vermomd als zwaan
boven het water.
Hebben vleugels getekend
zoals Tchaikovsky muziek schreef
en werden dus betoverde prinsessen.
Ons ongeloof is groot, ik weet het.
En ja, de genen van haar voorouders, och
in hoofdrekenen is ze zo snel nog niet
meneer, ze moet nog zeven worden
Laat dus de vleugels in het water vallen
en staat
als meisje van bijna zeven op de brug.
In haar hoofd vouwen de vleugels
zich zorgvuldig samen
zoals een baby in de moederbuik.
Het is zondag.
Betoverde prinsessen solliciteren bij studio 100.
De brug is hoog.
De tralies veilig.
Het water diep.
Het meisje nog geen zeven.
Opi, zegt het kind
wou jij ook vliegen
toen je een jongetje was?
Ik ben ooit tot boven in een boom gelopen, zonder vleugels, zei opi.
Ze schudt het hoofd.
Lieg niet zo stuntelig
zeggen haar ogen.
Ik kan het je leren
als je me niet gelooft.
Maar je moet voorzichtig zijn,
zeker voor de boom.
Echt tot boven in een boom?
En zonder klimmen?
Zonder ladder?
Ja.
Dus gaan ze samen naar het park.
En ja, hoor.
Ook het meisje kan
de boom oplopen.
Voetje voor voetje
voorzichtig voor de boom.
Ik hoor je roepen:
maar de boom is dood!
de boom ligt op de grond!
Ook zonder wortels
blijven bomen
heel lang leven
zelfs in het hout
van oude kasten
hoor je nog
de bomen zuchten.
En de lucht is overal.
In haar hoofd
lopen het jongetje van toen
en het meisje van nu
de boom op.
En als hij ’s avonds
voor het slapengaan
naast haar ligt
om een verhaaltje te vertellen
zegt zij:
Kijk,opi
nu ben ik zo groot als jij.
Uit hun hoofden
vouwen zij hun vleugels open.