turner-venice-wc

In de verte ligt de stad op het water, je ziet de dogana, de vage omtrekken van de gebouwen die samen Venetië vormen.
Maar het is het licht dat telt, die vreemde schemer vanuit het water naar de lucht.

We zijn in 1829, en een zekere Thomas Uwin schrijft op 3 februari:

I have fortunately met with a good-tempered, funny, little, elderly gentleman, who will probably be my traveling companion throughout the journey. He is continually popping his head out of the window to sketch whatever strikes his fancy, and became quite angry because the conductor would not wait for him whilst he took a sunrise view of Macerata. ‘Dawn the fellow!’ says he. ‘He has no feeling.’. . . He speaks but a few words of Italian, about as much French, which two languages he jumbles together most amusingly. His good temper, however, carries him though all his troubles. I am sure you would love him for his indefatigability in his favorite pursuit. From his conversations he is evidently near kin to, if not absolutely, an artist. Probably you may know something of him. The name on his truck is, J.M.W. Turner!

Thomas Uwin ontmoet zonder het zelf te beseffen de befaamde J.M.W. Turner, die dan 54 is, en Venetië bezoekt.
Om te drinken met zijn ogen, om schetsboeken vol te tekenen die hij later zal uitwerken (in het Tate alleen al zijn er zo’n 300 verzameld!)

William Mallord Turner is een van mijn vroegste liefdes zonder te beseffen wie of wat hij was.
Turner was herkenning, was dezelfde intense liefde voor het licht delen, was raadsel en techniek, en vooral romantiek, want wat ook hedendaagse critici mogen beweren, Turner was op de eerste plaats een kind van zijn tijd, over twee belangrijke eeuwen gelegen.
Zijn aards bestaan ligt tussen 1775 en 1851, van het complete landschappelijke naar de industriële tijd, van het oude regime naar pogingen tot Verlichting.
Zijn geboortejaar is het begin van de Amerikaanse burgeroorlog, en op zijn eerste vieren de Amerikanen hun eerste 4the of july, de declaratie van de onafhandkelijkheid..en het geboortejaar van John Constable.

dyn002_original_443_450_jpeg_20344_74488a09c9725628a622f632b120ff31

Hij schuwt het effect niet zoals in zijn bekende ‘Burial at Sea’ waarin hevige contrasten het brandende schip weergeven, en sfeer mee bepaald wordt door de zwarte zeilen die tot diep in hun waterweerspiegeling doorklinken terwijl een overwitte hemel daarmee fel contrasteert.

Zee, vuur en rook, het onmogelijke laten samengaan en daarvan het drama aanvoelen n elk detail.

Hij wordt in Covent Garden geboren, zoon van een barbier en pruikenmaker, een vaderskind, want de moeder verdwijnt vlug van het toneel als ze waarschijnlijk door het sterven van Williams zusje in 1786 mentaal ziek wordt, in een asylum wordt opgenomen en in 1804 daar sterft.
Ze kan verschrikkelijke woede-aanvallen krijgen, en waarschijnlijk daardoor zal hij bij een oom worden opgevoed, in het kustplaatsje Brentford zodat de zee, het oneindige van het water al in zijn vroege kinderjaren in hand- en oogbereik kwam.

Zijn tekentalent is al op erg jonge leeftijd merkbaar.
Zijn vader hangt het werk op in de barbershop en verkoopt het aan zijn klanten.
En terwijl in 1789 de Franse revolutie losbreekt, wordt Turner toegelaten als student in the Royal Academy Schools. (nauwelijks veertien jaar)

In feite wil hij architect worden, maar Thomas Hardwick Junior (architectenfamilie) zet hem tot schilderen aan.

En in 1790 na slechts 1 jaar studie hangt er al een aquarel op de Zomertentoonstelling terwijl zijn eerste olieverfwerk in 1796 het licht ziet, al is dat voor Fishermen at Sea in allerlei tonen en tinten op te vatten.

Hij zal later zelf leraar perspectief worden, en zijn lessen of voordrachten zijn moeilijk te volgen.
Hij is schuw, heeft moeite om beschaafd Engels te praten, en mummelt er dus op los, maar veel uitleg hebben zijn werken niet nodig, met één oogopslag zie je waar hij de nadruk op wil leggen en er zijn intussentijd dikke essays over zijn werkwijze verschenen.

In 1816 schrijft New Monthly Magazine:

”Excellent as are Mr Turner’s lectures, in other respects there is an embarrassment in his manner approaching almost to unintelligibility, and a vulgarity of pronunciation astonishing in an artist of his rank and respectability.’

Maar zijn werk slaat aan.
Hij opent zijn eigen gallerij en in een brief van Lady Trevelyan schrijft ze aan Dr. Brown op 7 oktober 1852:

”I have seen Turner several times – and have been in that wonderful old house – where the old woman with her head wrapped up in dirty flannel used to open the door, .and where on faded walls hardly weather tight – and among bits of old furniture thick with dust like a place that has been forsaken for years, were those brilliant pictures all glowing with sunshine and colour…’

We kijken morgen verder.