Het vervelende van onze geest is dat hij onmiddellijk wil interpreteren, dat hij er niet meer in slaagt te beschouwen zonder een aanloop naar een verhaal of een oordeel te vormen.
Door prikkels gebombardeerd zijn wij op onze hoede.
Verklaringen liggen klaar, daarna volgen waarde-oordelen, en niet zelden weigeren we de integratie in onze denkwereld gewoon door te oppervlakkig kijken, of door de platvloersheid van wat er te bekijken valt.
In Der Spiegel van vorige week (30/12) wordt het einde van de Duitse televisie aangekondigd, einde bij gebrek aan inspiratie en durf.
Als ik de programmatie van dinsdagavond 2 januari bekijk, vrt-één, dan sluit ik me bij die bevindingen aan.
Soaps (Thuis), emo-verhalen (Telenovela heet dat tegenwoordig), liefst twee, (Kaat en Emma) en Koppen, emo-documentatie of spektakel.
In tijden van emotionele armoede bloeien emo-verhalen als nooit tevoren.
Tot mijn verbazing lees ik daarbij dat de net manager van één (Mieke Berendsen) in de Standaard van 31 december het heeft over kwaliteit voor iedereen, en deze kwaliteit relateert ze aan het herhalen van formats die hun ‘diensten al bewezen hebben’.
Bedoelt ze daarmee de eindeloze herhalingen van de kampioenen, de eindeloze herhalingen van het leven zoals het is, nog maar eens (het her-beleven, zei de omroepster) de tweede serie van kinderen van Dewindt?
En is dit de manier om (ik gebruik haar eigen woorden) de feel-good-factor te laten primeren, iets wat blijkbaar noodzakelijk blijkt te zijn voor het merk “één”?
Eén mag de kijker niet koud laten, en uitgerekend het programma uit het koude Siberië, maakt dat inderdaad waar, en dan nog het pluimpje voor ‘alles uit de kast’, en we zijn rond.
Voor de rest herhalen wij de formats van één jaar gratis waar vooral de spelpresentator plezier aan beleeft, kunnen we volgens allerlei uitspraken ook nog twintig jaar verder met man bijt hond, doen we rustig nog tien seizoenen de slimste mens, en vraagt de netmanager zich toch nog af of de juiste programma’s wel op de juiste plaats stonden, of begrijp ik het verkeerd als Alles uit de kast (het gaat immers over “boeken”) beter naar Canvas zou verhuizen zodat de platgetreden paden nog platter kunnen worden.
Laten we dus ons aansluiten bij de Duitse televisie (ook daar wordt er door BV’s gezongen en geschaatst dat het een lieve lust is, net zoals op Prosieben en RTL) en het einde van Eén aankondigen, voor het lijk kwalijke geuren begint uit te wasemen.
De titel in Der Spiegel ‘Kreative Querschnittslähmung’ (kreatieve dwarslesie-verlamming) liegt er niet om.
Degene die dit beweert, meneer Oilver Kalkofe, schrijft al levenslang Medienkritiken en van hem wordt gezegd dat hij als geen ander van het medium houdt.
‘Unser Fernsehen ist am Ende.
Beim Versuch, es allen recht zu machen, auf riskante Innovationen zu verzichten und einfach die Erfolge der restlichen Welt zu kopieren, ist das Deutsche Fernsehen versehentlich mit dem Hintern an den Knopf für den Selbtzerstörungsmechanismus gekommen.’
Ik raad je de lectuur van dit mooie artikel, De Spiegel nr 1 30/12/06, van harte aan beste Net-Managerin want er is meer dan één gelijkenis waar te nemen.
‘We vinden ook dat VRT-één meer positivisme moet uitstralen.’ zegt Berendsen.Volgens de bewindsvrouw waren we bij wijlen te ernstig en soms zelfs te donker.
Positivisme?
Euh…
Wetenschappelijke programma’ s?
Neen, neen, kritikaster, het gaat om die feel-good-factor, die beelden van de gelukkige kapitein boven in de vuurtoren of op de brug, de visboer, de containers, kortom: al ben je zelf niet gelukkig, wij zullen het gelukkige leven even voor je klaarstomen.
Te ernstig, en te donker?
Het ging over een hardere docusoap (???), zegt de dame en daarachter het rechte pad en dan nog eens Koppen, te veel miserie op een hoopje dus.
Zou het kunnen dat de sensatietoon van dat Koppen-gedoe, of de onwaarschijnlijke storylijnen van die ‘harde’ docusoap dat te donkere gevoel meebrengen of aankweken?
We kunnen ons inderdaad nog gelukkig prijzen om Woestijnvissen in het omroep-aquarium te hebben maar ook daar moet je eerlijk durven zeggen dat de marjetten op hun bek zijn gegaan net zoals het einde van de geroemde parelvissers een aanfluiting was van elke goede storylijn.
En terecht wordt Frida in De Laatste Show geprezen (maar spaar ons van het cliché straffe “madam” aub) maar over de keuze van gasten en de hun bemeten tijd zullen we kuis zwijgen.
Ook in Kinderland is het inderdaad één stem die in de duisternis klinkt, en inderdaad je moet het maar kunnen, maar mag het ook eens iets anders dan Studio 100 zijn?
Het investeren in nieuwe projecten, of de taak van de openbare omroep als “cultuurspreider” is net zo belangrijk als het zgn. feel-good-gevoel.
Een huis dat zich respecteert zou nauw met allerlei opleidingsinstituten moeten samenwerken om naar talent te snuffelen, om in labo-werk pilootprogramma’s te maken, om naast het ontdekken van nieuwe BV’s ook televisiemakers op het spoor te komen.
En mogen Uw Telenovela ook eens over iets oudere mensen dan late twintigers en dertigers gaan?
Vergrijzing?
Nooit van gehoord.
Dat is tegen het feel-good-gevoel.