WAS IK MAAR, OF DE DROOM VAN DE TOTALITEIT (1)

 

joods1

Of de dingen hun identiteit hebben?
Auto’s bijvoorbeeld.
Of worden ze naar de identiteiten van de nieuwe eigenaars gemaakt en gepromoot?

En kun je je identiteit verliezen, of heeft ze iets met je afkomst te maken, met de religie, je overtuigingen?

joods2

Ik denk, beste antikwaar, dat we even langs de wetenschap moeten langslopen waar de term ‘identiteit’ wel eens verwijst naar ‘analogie’.
Je zou met de term analogie gelijke identiteiten, of symetrieën kunnen benaderen, maar mij zette de terminologie aan tot de waarneming waarin wij onszelf steeds weer vergelijken met IDEALE anderen, analoog met, alsof er een soort zuivere ziel zou bestaan die wij willen zijn, een soort ‘affe’ mens, een drang die meestal leidt naar de medeklinker ‘m’ voor dit woordje, de maffe mens dus et la pureté dangereuse.

Onze analogie met, richt zich makkelijk tot prototypes en dat is zowel voor auto’s als voor mensen waar: een droombeeld, een ideaal, een totaliteit.

Zei ik ‘totaliteit’? Jaja, begrijp je nu de J op het paspoort?
Prototypes van ‘de Germaan’ of ‘de Ariër’.

Maar ook dat afgezaagde ‘goed bestuur voor de mensen’, want ‘de mensen’, ‘de burgers’ horen net zo bij dat totalitaire beeld waarin de verscheidenheid het juist moeilijk maakt om dat ‘goede’ bestuur voor de mensen te realiseren.

De Volkswagen en de Juif op het paspoort.
De wagen voor het volk, en de stempel voor het on-volk.

En waar leren we dat totalitaire denken?
Overal waar angst heerst voor het verschil, de diversiteit.
Overal dus.